Ongeveer een jaar geleden riep Proefdiervrij jullie via onze website op om vragen in te sturen voor de nationale wetenschapsagenda. Aan deze oproep werd duidelijk gehoor gegeven! Er kwamen tot mijn grote enthousiasme veel vragen over dierproeven langs. In totaal werden bij de wetenschapsagenda twaalfduizend vragen ingestuurd, waaruit de commissie honderdveertig kernvragen heeft gedefinieerd. Door het grote aantal vragen over (het nut van) dierproeven, zijn dierproeven ook vertegenwoordigd in deze kernvragen.

 

Terugdringen van dierproeven

salamander dreamstime_m_16283067

Voorbeeld van regeneratie: opnieuw aangroeien staart van salamander

Er worden workshops georganiseerd om binnen deze kernvragen de meest relevante informatie bij elkaar te brengen. Vorige week was ik aanwezig bij de workshop over “regeneratieve geneeskunde”, ook wel ‘vervangingsgeneeskunde’ genoemd. Eén van de speerpunten in deze workshop was het terugdringen van het aantal dierproeven door het gebruik van slimme technologie en het inzetten van modellen die gebaseerd zijn op menselijke cellen. Dit sluit natuurlijk fantastisch aan bij de doelstelling van Proefdiervrij!

 

Bijzondere presentatie maakt indruk

De middag begon met een serie presentaties. Vooral de presentatie van het instituut  hDMT (human Organ and Disease Model Technologies) maakte veel indruk; dit is een organisatie die werk maakt van het vervangen van proefdieren. Zij combineren stamceltechnieken met biologie, natuurkunde, chemie en klinische expertise om daarmee modellen te ontwikkelen die gebaseerd zijn op menselijke cellen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan “organs-on-chips” of “organoids“. Deze modellen kunnen veel beter voorspellingen doen over het menselijk lichaam dan welk proefdier dan ook.

 

Samenwerken is essentieel

Na deze en andere  inspirerende presentaties werd het tijd voor de deelnemers om zelf hun hersenen te laten kraken. In een groep van ongeveer vijfentwintig mensen wierpen we ons op de volgende vraag uit de Wetenschapsagenda: “kunnen we modellen van het menselijk lichaam ontwerpen en slimme technologie gebruiken voor gezondheids- voedings- en toxiciteitsonderzoek en daarmee tegelijkertijd het proefdiergebruik drastisch verminderen?” Ik bevond me in een zaal met heel veel verschillende mensen: ethici, wetenschappers, vertegenwoordigers van non-profit organisaties en mensen uit het bedrijfsleven. Iedereen bekeek de vraag vanuit zijn eigen hoek, waardoor we een hele reeks aan barrières en kansen konden benoemen. De belangrijkste conclusie was toch wel dat de beantwoording van deze vraag een multidisciplinaire aanpak vergt. Alleen door samen te werken bereiken we ons doel!

 

Inspirerend!

We zijn er nog lang niet, er is nog veel werk te doen. Maar deze inspirerende middag stemde me wel weer erg optimistisch: naast de barrières die er zonder twijfel zijn, zie ik ook veel kansen. Ik heb interessante mensen leren kennen en kijk ernaar uit om samen een bijdrage te mogen leveren aan het zetten van stappen naar een proefdiervrije wereld, die óók nog eens veel beter is voor de mens!