Onderzoekers uit de Verenigde Staten en Hongarije hebben in menselijke hersenen een nieuw soort hersencel ontdekt. Dit type cel is nog nooit eerder aangetroffen bij dieren, ook niet bij muizen en andere goed bestudeerde proefdieren. Dit bewijst maar weer eens dat dier en mens niet hetzelfde zijn en er meer gefocust moet worden op proefdiervrije innovatie.
De onderzoekers hebben de nieuwe cel, vanwege zijn vorm, de rozenbottel-cel gedoopt. De cel lijkt betrokken te zijn bij het reguleren en vooral afremmen van signalen in de hersenen. Wat ze precies doen, is nog niet duidelijk, maar mogelijk controleren ze ook de interacties tussen verschillende gebieden van de hersenen op een zeer laag, fijn niveau. Het bestaan van de rozenbottel-cel geeft aan dat menselijke hersenen anders werken dan de hersenen van dieren. Beide universiteiten ontdekten onafhankelijk van elkaar het bestaan van de rozenbottel-cel. Ze kwamen langs verschillende onderzoeksmethoden tot eenzelfde conclusie en combineerden daarna de onderzoeksresultaten.
Laboratoriummuis is geen bruikbaar model
De studie levert geen bewijs voor het feit dat deze bijzondere hersencellen enkel bij mensen voorkomen. Maar het feit dat ze niet eerder gevonden zijn bij knaagdieren is veelzeggend. Muizenhersenen zijn namelijk veelvuldig bestudeerd, maar dit type cel is bij muizen en andere knaagdieren nooit aangetoond. Hieruit blijkt dat de laboratoriummuis eigenlijk geen bruikbaar model is om menselijke aandoeningen te bestuderen, zeggen de onderzoekers. ‘Het toont nog weer eens aan hoe moeilijk het is een dier te vinden om de menselijke hersenen te bestuderen’, aldus Dr. Trygve Bakken, één van de auteurs van de studie.
Proefdiervrij steunt baanbrekend hersenonderzoek
‘Proefdiervrij is al langer overtuigd dat de hersenen van muizen anders functioneren dan het menselijk brein’, aldus Saskia Aan, wetenschappelijk medewerker van Proefdiervrij. ‘Daarom steunen we bijvoorbeeld al enige tijd het proefdiervrije Alzheimer-onderzoek van dr. Wiep Scheper. Zij bestudeert deze ziekte op humane cellen en dat levert veel betrouwbaardere resultaten op in vergelijking met onderzoek waarbij proefdieren gebruikt worden.’