Blog geschreven door Saskia Aan, adviseur wetenschap & innovatie bij Proefdiervrij
Een tijdje terug werd ik benaderd door een journalist van de Volkskrant, die vroeg wat wij vinden van het proefdieronderzoek naar COVID-19. Afgelopen zaterdag (10 juli 2021) was het zover en verscheen er een uitgebreide reportage, met mijn quote, over een apenstudie voor een nieuw coronavaccin in het apenonderzoekscentrum (BPRC) in Rijswijk.
Het 9 pagina’s lange artikel schetst geen prettig beeld van de dierproeven die worden gedaan voor het onderzoek. Het liefst zouden we dan ook zien dat er geen apen meer gebruikt worden als proefdier, maar wat als het (nog) niet anders kan?
De grote gewetensvraag
Moet je kennisontwikkeling stoppen als er nog geen proefdiervrije alternatieven zijn? Moet je stoppen met het zoeken naar een vaccin voor COVID-19 (of een ander virus), als er nog niet op een andere manier dan op dieren getest kan worden?
Dit is een ingewikkeld onderwerp waar we vooral het afgelopen jaar meerdere keren mee geworsteld hebben. Wij zijn tegen dierproeven, maar niet tegen kennisontwikkeling. Kunnen die twee belangen naast elkaar bestaan?
Het leven van Chips en Dip
De reportage in de Volkskrant beschrijft het leven van Chips en Dip, twee apen die als proefdier worden gebruikt in het onderzoek naar de werkzaamheid van een nieuw vaccin tegen COVID-19.
Er wordt uitgebreid ingegaan op de omstandigheden waarin Chips en Dip leven, maar er wordt ook beschreven wat er met de apen tijdens het onderzoek gebeurt: ze krijgen het nieuwe vaccin toegediend, worden vervolgens besmet met COVID-19, en moeten dat uiteindelijk bekopen met de dood.
De @volkskrant volgde apen @bprc_eu in een studie naar een #coronavaccin van begin tot einde, maandenlang. Hier vind je de reportage die ze erover maakten:https://t.co/ErciQPHLZB
— EARA_NL (@EARA_NED) July 12, 2021
We kunnen al meer dan je denkt
Het liefst zouden we zien dat er geen apen meer nodig zijn voor onderzoek: dat we door het gebruik van proefdiervrije onderzoeksmethoden vaccins tegen virussen zoals COVID-19 kunnen ontwikkelen. Helaas is dit nog niet mogelijk, maar we kunnen met behulp van proefdiervrije modellen zoals organoids al wél veel leren over:
- hoe het coronavirus ons ziekt maakt
- hoe het coronavirus onze longen aantast
- hoe er door het coronavirus trombose ontstaat bij patiënten
Zo doen prof. Pieter Hiemstra en dr. Anne van der Does (LUMC) onderzoek naar de invloed van een corona-infectie op het herstelvermogen van onze longen. Door gebruik te maken van organoids en een long-op-een-chip, kunnen Pieter en Anne de menselijke longen nauwkeurig nabootsen.
…maar we zijn er nog niet
Voor het testen van een daadwerkelijk vaccin missen proefdiervrije modellen echter één cruciaal onderdeel: een immuunsysteem. En juist dit is een onderdeel van het menselijk lichaam dat moeilijk na te maken is.
We zijn dus verder dan je denkt, maar we zijn er nog niet. In een recent rapport van het Nationaal Comité advies dierproevenbeleid (Ncad) werd beschreven hoe er het afgelopen jaar bij corona-onderzoek snel naar dierproeven werd gegrepen. We zijn daarom heel trots op de onderzoekers die tóch gekozen hebben om corona-onderzoek te doen met proefdiervrije modellen, zoals organoids en organen-op-chips.
Dus.. kon het echt niet anders?
Helaas was het op dit moment nog niet mogelijk om een vaccin tegen COVID-19 zonder proefdieren te kunnen ontwikkelen, maar we zijn het aan Chips en Dip verschuldigd om gebruik te maken van de mogelijkheden die er wel zijn én om te blijven investeren in proefdiervrij wetenschappelijk onderzoek. Zodat in een volgende pandemie (die hopelijk nog heel lang wegblijft) we geen apen, muizen of andere proefdieren meer hoeven te gebruiken.