Even onder ons: wat motiveert jou nou om je in te zetten voor een proefdiervrije wereld? Dit keer vragen we het aan Twan de Vries. In Nederland worden jaarlijks honderden honden gebruikt als proefdier. Veel honden worden gebruikt in hartonderzoek, om zo de werking en veiligheid van hartmedicijnen te testen. Zonder succes: een hond is geen mens. Daarom doet Twan onderzoek naar hartritmestoornissen met gekweekte, menselijke hartspiercellen.
Twan: “Ik houd er helemaal niet van om met proefdieren te werken. Ik heb op verschillende afdelingen gewerkt waar dierproeven werden uitgevoerd, maar ik heb het zelf altijd proberen te ontlopen. Als een collega bijvoorbeeld 100 muizen bestelde, vroeg ik me altijd af of hij er echt zoveel nodig had. Het is echt niet prettig.
Slechtste dag in het lab
Mijn slechtste dag in het laboratorium was toen ik zelf een dierproef moest doen. Ik werkte in Utrecht bij de Faculteit Diergeneeskunde toen ik een dierproef moest doen. We produceerden afweerstoffen in proefdieren ten behoeve van mijn promotieonderzoek, dat zich richtte op een paardenvirus.
Hiervoor gebruikten we ratten en konijnen, die we inspoten met een eiwitpreparaat zodat zij afweerstoffen tegen het virus gingen maken. Vervolgens werd er bloed afgetapt van de dieren om de afweerstoffen en het virus te onderzoeken. De dierenartsen van de faculteit wisten precies hoe ze zo een dierproef moesten doen, dus vroeg ik hen altijd om het voor mij te doen.
En toen moest ik het zelf doen
Op een gegeven moment kwam het zo uit, dat er bloed genomen moest worden in de kerstperiode. Ik vroeg aan anderen om me te helpen, maar niemand had tijd. Ik moest toen zelf bloed aftappen uit de ogen van ratjes; verschrikkelijk! Mijn laboratoriumjas was doorweekt van het zweet. Ik was gestrest en de dieren merkten dat. Werken met proefdieren is niet voor iedereen weggelegd. Gelukkig is het voor mij lang geleden.
Proefdiervrij hartonderzoek
Eerlijk gezegd ben ik niet bij de Afdeling Hartziekten van het LUMC gaan werken met het idee dat ik ga dierproeven zou uitbannen. Ik heb niet louter vanuit idealistische overwegingen besloten om proefdiervrij onderzoek te gaan doen. Maar ik ben wel blij dat ik een bijdrage kan leveren aan het proefdiervrij maken van de wereld met mijn carrière.
Hartspiercellen in onbeperkte hoeveelheden
Ik stelde mijzelf de vraag: ‘Kunnen we het probleem van onvoldoende beschikbaar menselijk hartweefsel oplossen, en tegelijkertijd proefdieren in dit onderzoek overbodig maken?’
Met mijn onderzoek had ik het antwoord: ja! We kunnen nu hartspiercellen in grote hoeveelheden produceren en beschikbaar stellen voor onderzoek. Dit geldt niet alleen voor mijn laboratorium, maar voor laboratoria wereldwijd. Met dit hartspiermodel kunnen er heel veel proefdieren vervangen worden in hartonderzoek. Ik vind het heel fijn dat ik hier een bijdrage aan kan leveren.”