Iedere dag sterven er honderden tot duizenden dieren die wel gefokt werden als proefdier, maar die uiteindelijk niet nodig waren. De meeste van deze dieren worden gedood. Dat dit leed ongezien blijft, maakt de situatie extra zorgelijk. Want wat je niet ziet, kun je niet stoppen. Daarom vragen wij aandacht voor al die individuele dieren die bij elkaar opgeteld ‘het fokoverschot’ genoemd worden.
Alleen al in Nederland ondergaan een half miljoen dieren ieder jaar pijnlijke en stressvolle onderzoeken in laboratoria. Maar daar houdt het onrecht dat proefdieronderzoek voortbrengt niet op. Nog eens een half miljoen dieren worden wel gefokt, maar nooit ‘ingezet’. Bijvoorbeeld omdat onderzoekers alleen mannetjes of juist vrouwtjes nodig hebben, of dieren die op een bepaald moment een specifieke leeftijd hebben. Dieren die niet nodig zijn, worden gedood.
Er is geen wij-zij
Hoe we omgaan met het fokoverschot maakt schrijnend duidelijk dat dieren die gefokt worden als proefdieren niet behandeld worden als voelende wezens met intrinsieke waarde, maar als verhandelbare producten die in de eerste plaats iets waard zijn voor mensen. Een denkwijze die gelukkig steeds meer aan het veranderen is. Dat stelt ethicus Monique Janssens vast: ‘Het is een ongelofelijk spannende tijd, als je ziet hoe onze kijk op dieren verandert. Het wij-zij-denken vervaagt. Er zijn miljoenen diersoorten en de mens is daar één van. Je kunt helemaal niet spreken over “de dieren”.’
Niemand wil gedood worden
En ook proefdiervrij onderzoek is een belangrijke stap voorwaarts in het erkennen van de waarde van het leven van dieren. Door vol in te zetten op proefdiervrije alternatieven, groeit niet alleen het aantal proefdiervrije modellen, maar ook het besef dat dieren onze inspanning waard zijn. ‘Andere dieren willen net als wij leven, liefhebben en zorgen. Tegelijk heeft elke soort, en zelfs ieder individu, ook eigen behoeften en verlangens. Denk maar aan de verschillende voorkeuren van bijvoorbeeld twee katten of twee honden,’ zegt Monique. Hoewel het onmogelijk is om te weten hoe het is om een ander dier te zijn, weet ze één ding zeker: ‘Niemand wil in een kooi gehouden worden om vervolgens van het leven beroofd te worden.’
Monique Janssens, foto door Sid Bansidhar
Van wij-zij, naar win-win
Het fokoverschot laat zien hoe zeer we proefdieren behandelen als producten en niet als voelende individuen met intrinsieke waarde. Hebben we ze niet nodig, dan doen we ze weg. De enige manier om dit leed te stoppen, is door een overgang naar proefdiervrij onderzoek. Deze verandering kan niet snel genoeg komen, want iedere dag dat we wachten, lijden en sterven er meer dieren.
Daarom zetten wij vol in op innovatieve en dierproefvrije onderzoeksmethoden die niet alleen ethischer zijn, maar ook wetenschappelijk betrouwbaarder. We moeten stoppen met denken in wij-zij, en in plaats daarvan denken in win-win.