Het varken is niet alleen een veel gebruikt dier in de landbouw; het is ook één van de meest gebruikte proefdieren. Jaarlijks worden er in Nederland ruim 7.000 proeven gedaan met varkens. Daarmee neemt het varken plaats in de top 10 meest gebruikte proefdieren.
Waarom wordt het varken gebruikt?
- Volgens wetenschappers lijken varkens relatief veel op mensen qua lichaamshouding en afweersysteem.
- De lichamelijke bouw van een varken komt redelijk overeen met die van een mens: zo lijkt het skelet, de huid, de tanden, het darmstelsel en de nier, lever en longen van een varken redelijk op die van mensen.
- Het varken wordt tevens gebruikt in onderzoek naar het welzijn van varkens en ander vee. In deze onderzoeken wordt bijvoorbeeld veevoer, huisvesting en diergeneesmiddelen getest.
In welke onderzoeken worden varkens gebruikt?
De meeste proeven op varkens worden gedaan voor onderzoek naar dierenwelzijn en naar het verbeteren van de varkenshouderij. Zo is er in 2018 bijvoorbeeld toestemming gegeven voor een proef met 1.900 biggen om de prestatie van biggen te verhogen. Binnen de gangbare varkenshouderij worden de biggen na 3 à 4 weken van hun moeder gescheiden en krijgen ze uitsluitend vast voedsel te eten. Omdat het maag-darmstelsel van deze biggen nog niet volgroeid is, raken ze ziek. Het doel van dit onderzoek is er op gericht om voer te ontwikkelen waar jonge biggen niet ziek van worden.
Verder worden ook veel varkens gebruikt als proefdier in het onderwijs en in onderzoek naar menselijke ziekten. Zo worden ze gebruikt in hersenonderzoek, hartonderzoek, huidonderzoek en bij het testen van medische apparatuur zoals insuline pompen.
Mini-varkens
In de 20e eeuw fokten wetenschappers een speciaal soort varken voor dierproeven: het mini-varken. De minivarkens zijn goedkoper te houden dan hun grotere naamgenoten, omdat ze minder ruimte innemen en minder eten. Net als normale varkens, worden minivarkens gebruikt in onder andere hartonderzoek, onderzoek naar ziekten en bij veiligheidstesten.